Vitamine D
Vitamine D3 komt in de natuur bijna uitsluitend voor in dierlijke bronnen, met name vis, zuivelproducten, eieren en vlees. Planten, zoals korstmossen, bevatten ook vitamine D, net als verschillende schimmels, die echter de minder effectieve vitamine D2 bevatten.
Vitamine D neemt een heel bijzondere positie in onder de vitaminen. Enerzijds is het een van de weinige vitaminen die wij nauwelijks met voedsel opnemen, maar in plaats daarvan met behulp van de zon in de huid aanmaken; anderzijds is vitamine D geen vitamine in de klassieke zin van het woord, maar eerder een hormoonprecursor.
In tegenstelling tot veel andere vitaminen wordt het in het lichaam omgezet in een belangrijk hormoon dat de celfunctie en talloze lichaamsprocessen regelt. Bijna alle lichaamscellen hebben speciale receptoren voor het vitamine D-hormoon en zijn afhankelijk van een voldoende toevoer van vitamine D.
Vitamine D wordt nog steeds intensief onderzocht. Bijna elk jaar worden er nieuwe werkingsmechanismen van deze fascinerende vitamine ontdekt. Tot nu toe zijn de volgende uitspraken over vitamine D gedaan door de EU (EFSA):
Vitamine D draagt bij tot
- de normale opname/het normale gebruik van calcium en fosfor,
- normale calciumgehalten in het bloed,
- de instandhouding van normale botten,
- de instandhouding van normale werking van de spieren,
- de instandhouding van normale tanden,
- de normale werking van het immuunsysteem,
- speelt een rol in het celdelingsproces.